Wijn serveren: de juiste temperatuur

28 augustus 2015 Leave a comment

Bourgondiër en wijnliefhebber Anne ter Hark (27) leert jullie met veel plezier elke maand wat bij over wijn; van leuke, handige weetjes tot tips voor bij het uitzoeken van wijn in een supermarkt, café of restaurant. Herken jullie dat? Dat je een glas witte wijn drinkt op een receptie en de wijn eigenlijk totaal niet smaakt omdat hij al veel te lang op een tafeltje in de zon heeft gestaan? Witte wijn die niet koud genoeg is, is bijna net zo erg als een lauw biertje… Maar op welke temperatuur hoor je wijn dan eigenlijk wel te serveren? Dat zocht ik deze maand voor jullie uit.

Niet te warm en niet te koud

Je bent je er misschien niet altijd van bewust, maar de serveertemperatuur van wijn is van essentieel belang voor een juiste waardering. Is de temperatuur te laag? Dan ruik en proef je de verschillende aroma’s veel minder. De zuren worden benadrukt en de geur wordt minder sterk, waardoor de wijn veel saaier wordt dan wanneer deze wel op de juiste temperatuur geschonken zou zijn. Is de wijn te warm en de temperatuur dus te hoog? Dan zal de verwarmde alcohol al snel de andere aroma’s overheersen. Zonde van de wijn dus als je deze niet op de juiste temperatuur schenkt!

De ideale temperatuur

Als algemene regel voor de serveertemperatuur van wijn geldt dat rode wijn niet te warm en witte wijn niet te koud gedronken moet worden. Maar hoe weet je nu wat de juiste serveertemperatuur is voor je wijn? Een witte wijn drink je koeler dan een rode wijn, dat weet iedereen. Maar wist je ook dat een jonge, lichte wijn koeler wordt gedronken dan een rijpe, volle wijn? En dat je champagne minder koel hoeft te serveren dan andere mousserende wijnen zoals prosecco of cava? Om je wat houvast te geven, volgen hieronder de serveertemperaturen die je globaal hoort aan te houden.

16 tot 18 ˚C: goede rijpe rode wijnen met veel tannine.
14 tot 16 ˚C: jonge goede rode wijnen.
13 tot 15 ˚C: zoete rode wijnen (vins doux naturels).
12 tot 14 ˚C: jonge lichte rode wijnen.
11 tot 13 ˚C: goede droge witte wijnen; champagnes; rosés, rode primeurwijnen.
8 tot 9 ˚C: zoete wijnen (liquoreux); lichte droge witte wijnen; mousserende wijnen.
8 ˚C: zoete witte wijnen (vins doux naturels).
6 ˚C: zoete wijnen (liquoreux).

Om een jonge, lichte rode wijn op de juiste temperatuur te brengen, volstaat het om de fles een half uurtje in de koelkast te zetten. De wijn zal dan zo rond de 13 ˚C zijn. Om dit te meten kan je het best een wijnthermometer aanschaffen; voor ongeveer tien euro heb je al een goede en maak je zeker weten indruk bij je volgende etentje 😉

Ben je enthousiast geworden en wil je nu weten hoe je je wijn het best kunt bewaren om tot de ideale serveertemperatuur te komen? Daarover volgende maand meer!